Een jaar en 94 dagen zonder Sunshine
Wat ik gisteren nog was vergeten te vertellen is dat Dré en Angel de wijkagent hebben ingeschakeld. Al zou ik 10 haspels voor hem kopen, het is nu een principe kwestie geworden voor hem. Dat zal nog wel een staartje krijgen dan. Het is natuurlijk ook heel kinderachtig om mensen te straffen die helemaal buiten die kwestie staan. Maar goed, ik hoef het niet meer uit te leggen allemaal, het zal zo wel duidelijk genoeg zijn.
Ik ben altijd wel zo dat ik ga zitten analyseren. Waar komt die haat voor ons toch vandaan verder? Dat geld dat hij meent te missen, daar zit het hem niet in want dat was daarvoor al zo. Een klein beetje kan ik hem nog snappen maar dan alleen als ik zoals een profiler kijkt naar een seriemoordenaar, door in zijn hoofd te kijken. Voordat Frans met mijn moeder verder ging, is hij namelijk 21 jaar alleen geweest. Hij heeft altijd alles zelf kunnen bepalen en dat heeft het er voor hem niet beter op gemaakt. Hij was kapitein op zijn eigen schip, zonder inbreng van anderen.
Dan trekt hij in bij die armoedzaaiende moeder van ons, in een huis vol prachtige massief eiken meubels en kasten vol mooie kleding. Ben woonde toen nog thuis ook. Kim was, van baby af aan, kind aan huis. Omdat we allebei werkten, was ze uit school veel bij haar oma altijd. Of tussen de middag als ze niet over wilde blijven. Mijn moeder heeft ons altijd enorm verwend. We kregen alles wat ons hartje begeerde of ze zich dat kon veroorloven of niet. Van Ingrid weten we dat het bij haar thuis er wel anders aan toe ging. Dat was dan ook iets waar Frans absoluut niet tegen kon.
Ben was zijn leven lang al gewend dat als hij in de kast keek en wat lekkers zag, dat hij dat ook gewoon kon pakken. Kim had ook de sleutel en zat vaak genoeg op oma te wachten als die niet thuis was. Dan keek ze tv of zo of speelde in de tuin. Nadat Frans erbij kwam wonen, was dat allemaal heel snel over. Als Ben een paar chocolaatjes had gepakt uit een doos die Frans had gekocht, werd hij al beschuldigd van diefstal. En Kim mocht mooi haar sleutel inleveren. Daar was hij niet van gediend.
Ben is snel daarna het huis uitgegaan, die kon daar allemaal niet meer tegen. Van Kimberley weet ik nog wat een verdriet haar dat gedaan heeft. Ook dat oma helemaal gek was met de kleinkinderen van Frans, kon ze toen er niet bij hebben. Dat was een hele nare periode voor haar, die altijd zo close was geweest met haar oma. Oma leek te worden opgeslokt door de familie van Frans en was er niet meer zo voor haar als ze altijd geweest was. Snikkend zat ze dan bij mij haar verhaal te doen. Ik vond dat zo enorm zielig voor haar en ook voor Ben.
Het heeft dan ook niet lang geduurd voordat ma ook door Frans heen begon te kijken en vanaf toen is er altijd al ruzie om de kinderen geweest. Haar kinderen dan wel. Door opeens de kapitein te willen spelen op een schip dat al jarenlang heerlijk had doorgekabbeld werd de vrede ruw verstoord, zal ik maar zeggen. Mijn moeder was sowieso altijd veel te goed voor mensen die dat niet verdienden. Ze heeft toen ook zelfs aan Ben gevraagd of ze wel of niet met Frans zou gaan trouwen.
Je kan je wel voorstellen dat hij daar hartgrondig NEE op had willen roepen maar hij wilde het geluk van zijn moeder niet in de weg staan. Omdat je dan ook echt hoopt dat ze gelukkig zal worden met die man, al moet je hem zelf niet. Wij kunnen dat wel, onze eigen gevoelens opzij zetten om een ander gelukkig te zien. Als Frans ons gewoon had geaccepteerd, zoals het zou moeten, als de kinderen van de vrouw waar hij zo van zei te houden, dan had het allemaal heel anders kunnen gaan. Hij is ons alleen als indringers blijven zien, terwijl wij toch echt al veel eerder dan hij bij onze moeder horen en dat ook altijd zullen blijven doen. Wij hebben het echt wel geprobeerd hoor. Dat weet ik wel zeker.
Onze harten zijn groot genoeg om daar nieuwe mensen in te kunnen sluiten. Alleen was dat niet in Frans zijn straatje. Die wilde onze moeder en het huis helemaal voor zichzelf alleen. Als mijn moeder ons niet had gehad, dan denk ik dat ze helemaal onder de plak was komen zitten. Maar mijn moeder was veel te veel moeder om dat te laten gebeuren en daar ging ze dan ook het gevecht over aan. Daar had hij denk ik niet op gerekend en dat is altijd een punt van strijd gebleven. Dat bij mijn moeder de kinderen op de eerste plaats kwamen is hem altijd een doorn in het oog geweest. Hij heeft ons nooit als ‘eigen’ willen gaan zien en daar heeft hij uiteindelijk alleen maar zichzelf mee gehad en helaas mijn moeder ook al die tijd.
Als je het bekijkt vanuit zijn standpunt is het een ander verhaal. Hij krijgt een relatie, komt bij die vrouw wonen en die kinderen zijn en blijven vreemden. Die komen zomaar te pas en te onpas binnen en zitten in wat nu ook zijn kasten zijn en vreten zijn chocolade op. Zitten zomaar in de ijskast en dat is natuurlijk helemaal niks. Die zal hij wel eens even snel wegjagen. Het is hem nog bijna gelukt ook.
We zijn allemaal best een soort van weggebleven want zodra je je hoofd liet zien was er al ruzie om het een of ander. Heel langzaam kwam de hele familie daar ook achter. Ja, mijn moeder is met hem naar Australië geweest en ze hebben nog wel meer vakanties gehad. Het hele huis is verbouwd en de tuin is opnieuw aangelegd. Allemaal van Frans zijn centjes. Allemaal dingen die mijn moeder ook fijn vond hoor, daar niet van, maar is dat dan geluk? Alles werd dan ook nog eens tegen je gebruikt, als hij maar gelijk kreeg.
Geld en spullen zijn helemaal niets waard, je kan allemaal zonder. Daar kan ik van meepraten hoor, met alle hoge ups en de lage downs in mijn leven. Zeker op financieel gebied. Ik ben in een relatie met heel veel geld veel ongelukkiger geweest dan ik, diep in de schulden maar hard werkend om daar uit te komen, in mijn uppie was. Ik heb op zwart zaad gezeten en heel veel geld gehad. Maar het eindresultaat is dat het enige dat telt de liefde om je heen is.
Altijd maar ruzie en gezeur om van alles en nog wat maar spullen en geld hebben is helemaal niets vergeleken bij een leven zonder ene rooie cent maar met je armen om elkaar heen en liefde in je hart. Dat is 1 ding dat ik zeker weet. Dat neemt niet weg dat, sinds ik van de week voor de grap zei dat ik toch rijk word en vlak daarna ook nog eens onverwacht een stukje staatslot kreeg, mijn broer en kind en consorten me allerlei foto’s sturen van eilanden die te koop zijn en boten die wel aardig zijn voor een flinke groep mensen.
Mocht het zo zijn dan geef ik het, net zoals toen, weer net zo snel en even makkelijk weg hoor. Je kan er dan maar beter van genieten met zijn allen. Het is fijn en makkelijk om geld te hebben in deze maatschappij, dat is nou eenmaal zo. Maar echt belangrijk om je gelukkig te kunnen voelen is het niet. Natuurlijk ben ik nu niet meer zo goed van vertrouwen als toen maar als er heel veel zou binnen komen dan zou er ook net zo hard weer veel uit gaan, ook voor anderen. Het allemaal zelf te houden zou mij geen vreugde geven in elk geval.
Ik heb huilend in een dikke Mercedes gereden maar daarna ook fluitend en vrolijk op mijn fietsie gezeten. Ik denk dat je dan wel weet wat waarde heeft in het leven. Gelukkig heb ik dat mogen leren zo. Ons gezinnetje, al is het nu zonder ma hier, blijft toch wel het belangrijkst. En natuurlijk mijn lieve harige kindertjes, die me zoveel liefde geven waar geen miljoenen tegenop kunnen. Als ik mocht kiezen tussen een paar miljoen zonder dit alles of geen cent te makken maar met familie en dieren dan weet ik wel dat ik voor het laatste kies. Ik ken ook het verschil.
Die arme katten schieten er maar bij in de laatste weken, qua schrijven dan. Het zijn eigenlijk wel kattebelletjes. Vanmorgen heb ik een stuk meer geworsteld om de medicijnen erin te krijgen dan de vorige 2 dagen. Gisteren heb ik ook nog de F-lysine gehaald bij de dierenarts maar jeetje zeg, dat is wel veel wat ik over het eten moet gooien. Ze vonden het allemaal maar niets en Rainbow ging gelijk alle andere voerbakjes af om te kijken of er daar beter voer te scoren was.
Helaas voor hem, krijgen ze het allemaal. Ik heb voor de groten niet eens de volledige dosis gedaan want anders hadden ze een bak vol poeder. Er staat wel op dat het smakelijk voor ze moet zijn maar daar waren ze het anders niet mee eens. Het rook ook best sterk. Nadat ik boven aan Aurora de medicijnen had gegeven, kwam ze naar beneden en heeft alles uit lopen kotsen in een paar keer. Ik ben dus bang dat ze haar pil zo ook niet binnen heeft gekregen. Ze ligt nu alweer een tijdje boven dus ga ik zo even checken hoe het met haar is. Arm meisje. Het gaat nu wel weer met haar hoor.
Dan kreeg Moonlight vanmiddag weer zo’n kuchaanval. Jeetje zeg, laat die arme beestjes nou eens even met rust of zo. Gelukkig hebben de kleintjes nergens last van en ik hoop dan ook dat dit zo mag blijven. Anders weet ik het ook allemaal niet meer hoor. De waterval van ellende mag best wel een keertje opdrogen vind ik zo ondertussen. Je kan niet eens meer normaal functioneren zo. Je hoofd loopt over. Het zal heus wel goed komen allemaal hoor maar zo voelt het nu nog eventjes niet.
Broer is ook nog thuis en we zijn met de steen voor ma bezig. Hij meer hoor, hij fixeert zich daar nu een beetje op. Een soort vluchten voor je gevoel is dat, ik ken het veel te goed. Ik heb al een engel met lichtende vleugels en heb daar net een foto voor besteld, in acrylglas, zoals de foto bij dit blog gaat ie worden.
Die maak ik daar dan op die engel vast want het pasfotootje dat daarin kan is echt veel te klein. Dan heb je een verrekijker nodig of moet je op je knietjes kijken wie dat is. Ben is met mozaïek bezig en zo voor op de steen. Het gaat in elk geval iets unieks en persoonlijks worden. Het lijkt wel of ik haar elke dag meer mis, al weet ik hoe egoïstisch dat is. Ik kan het niet helpen, het is gewoon zo.